0182374558 info@neeft.com

Van (Crommen) IJ naar Noorzeekanaal

Het ontwikkelen van het Noordzeekanaal betekende dat het Wijkermeer ging verdwijnen. Hierdoor verdween het zichtbare bewijs hoe eens de zee zijn invloed kon doen gelden tot diep in Noord Holland.
Men startte dit werk door de 30 m. hoge duinen bij Beverwijk te doorgraven. Hierbij kwam Beverwijk ten noorden van het kanaal te liggen. Tussen Zeeburg en Schellingwoude werd het IJ afgedamd. In deze dam werden de oranjesluizen gebouwd (klaar in 1872).
Aan de andere kant bouwde men bij wat nu IJmuiden heet de Noordzeesluizen.

Het zand dat bij het doorgraven van de duinen vrij kwam werd gebruikt om in de lengte richting van het IJ twee lange dammen aan te leggen. De delen van het IJ die buiten de strook van het kanaal kwamen te liggen werden in 7 stukken verdeeld en drooggemalen. Dat werden de IJpolders. Een van deze IJpolders is de Wijkermeerpolder.
In juni 1876 was het doorgravingswerk zover gevorderd dat drie loggers verlof konden krijgen om door het kanaal naar zee te vertrekken. De feestelijke opening van het kanaal, bijgewoond door koning Willem III had plaats op 1 november 1876.

In de kaart hiernaast is Assendelft en Schermafdruk 2016-03-17 01.20.23omgeving getekend (ca. 1868). We zien o.a. het toenmalige Wijkermeer. Daarin de contouren van het latere Noordzeekanaal